Het internet: waar staan we en waar gaan we heen?

Redactie WINMAG Pro
De wereld om ons heen verandert door de invloed van het internet in een tempo dat bijna niet bij te houden is. Een trend die vandaag het web domineert, kan over een maand alweer voorbij zijn. Toch valt er wel degelijk iets te zeggen over de huidige staat en de toekomst van het internet. Aan de hand van negen punten praten we je weer helemaal bij.

Video, video en nog eens video

Video's zijn niet meer weg te denken van het internet en daarmee ook niet uit ons dagelijks leven. Niet alleen zijn videosites en streamingdiensten mateloos populair, ook social media puilen uit van de bewegende beelden en bedrijven gebruiken ze graag om hun doelgroep te bereiken. Reken er maar op dat vooral in die laatste categorie nog veel meer filmpjes op de meest onverwachte plekken zullen opduiken tijdens het surfen, want we blijken steeds meer open te staan voor video-advertenties en dat weten bedrijven als Google natuurlijk ook. Een andere ontwikkeling op het gebied van video is dat livestreaming aan populariteit wint, mede door de opkomst van apps als Periscope en Meerkat die daar speciaal voor gemaakt zijn. Steeds meer apparaten, zoals actiecamera’s van GoPro, worden geschikt gemaakt voor livestreaming en organisaties zullen vaker een livestream verzorgen van concerten, sportwedstrijden en andere evenementen, zodat je ze met je smartphone of tablet kunt volgen vanuit je luie stoel. Live is sowieso een sleutelwoord voor het internet in 2016; hoe nieuwer je content is, hoe beter.

Toenemende zorgen over privacy

Het internet heeft een revolutie teweeggebracht in de manier waarop we omgaan met privé-informatie. Voor jongeren die in de digitale wereld opgroeien, heeft privacy daardoor een heel andere betekenis gekregen dan voor eerdere generaties. Het is nu normaal en misschien zelfs sociaal wenselijk om via social media alles wat je denkt en doet met de wereld te delen, in tekst, foto’s en video’s. Daar komt bovenop dat de smartphone ook wel het persoonlijkste apparaat ooit wordt genoemd. We nemen ons mobieltje overal mee naartoe en gebruiken ‘m voor de meest uiteenlopende zaken, ook voor bezigheden die we het liefst geheim willen houden. De overvloed aan gegevens die daarbij verzameld worden, kunnen ons leven verrijken en makkelijker maken, maar er zijn ook risico’s aan verbonden. Want wat als bedrijven, of erger nog hackers, tot in detail weten waar je woont, bij welke bank je zit, wat je rekeningnummer is en met welke gezondheidsproblemen je worstelt? En kan deze privacy-revolutie nog wel teruggedraaid worden?

Shoppen tot we erbij neervallen

Veel grote Nederlandse retailketens hebben het lastig en dat is niet in de laatste plaats, omdat we tegenwoordig massaal online onze aankopen doen. Hoewel het nu al mogelijk is om in webwinkels van over de hele wereld te shoppen, zullen de grenzen voor e-commerce de komende jaren nog verder vervagen. We gaan mogelijk steeds meer toe naar een situatie waarin alle verkopers ter wereld te vinden zijn op één platform, zodat iedereen hen eenvoudig kan vinden en het aanbod voor de consument alleen maar groeit. Daar zijn we nu nog niet, maar het staat vast dat het internet een grote invloed heeft op ons koopgedrag. Bedrijven als Facebook, Instagram en Pinterest spelen daar gretig op in, bijvoorbeeld door koopknoppen in hun apps te stoppen. Het doel dat ze daarmee voor ogen hebben, is tweeledig. Adverteerders kunnen zo via deze sociale netwerken hun spulletjes aan de man brengen, maar het zorgt er ook voor dat we langer van een app gebruikmaken, omdat je niet meer uit de app hoeft om iets aan te schaffen. En dat betekent meer traffic.

Meer opties voor mobiel betalen

Het minst leuke deel van online shoppen is het betalen, maar door de komst van een trits aan nieuwe mobiele betaalmethoden van banken, telecomproviders en techreuzen als Apple, Google en Samsung zou het in de nabije toekomst wel een stuk makkelijker moeten worden. Met hun diensten voor mobiel betalen kun je onder meer transacties op internet en in apps afronden met één druk op het scherm van je smartphone of tablet en je kunt er contactloos mee betalen in winkels. Diverse onderzoeken wijzen er echter op dat de zogeheten adoptie van nieuwe mobiele betaaldiensten als Apple Pay vrij langzaam gaat, al is het wel degelijk een groeimarkt voor de komende jaren. De technologie lijkt in het bedrijfsleven aan te slaan en veel retailers maken hun winkels en betaalautomaten er geschikt voor, maar consumenten zijn nog niet echt enthousiast. In Nederland wordt deze ontwikkeling bovendien geremd, doordat veel mobiele betaaldiensten hier nog niet beschikbaar zijn, maar dat lijkt dit jaar te veranderen.

Breekt virtual reality definitief door?

Veel technologieconcerns werken, al dan niet in het diepste geheim, aan een of meerdere virtual- en augmented reality-gadgets. Zo zou Google plannen hebben voor een virtual realitycamera, is Microsoft bezig met de augmented realityheadset HoloLens en brengt het door Facebook overgenomen Oculus VR eind maart de virtual reality-bril Oculus Rift wereldwijd op de markt. Vooral rond dat laatste product is inmiddels een ware hype ontstaan, ondanks het forse prijskaartje van 699 euro en het feit dat je ook nog een vrij krachtige computer moet hebben om er gebruik van te kunnen maken. De grote vraag is of deze wearables en andere apparaten aan zullen slaan bij het publiek. In ieder geval gaan er nu al miljarden om in de ontwikkeling van VRdevices en fabrikanten zullen er ongetwijfeld alles aan doen om dat geld terug te verdienen. Als virtual reality inderdaad ‘the next big thing’ blijkt, zijn online allerlei toepassingen denkbaar, bijvoorbeeld in sociale netwerken, advertenties, games en video’s.

Internet of things op de voorgrond

Het internet is al lang geen verzameling websites meer die je op je pc bekijkt. Vrijwel alle apparaten, toepassingen en voertuigen die vandaag de dag worden ontwikkeld, maken op de een of andere manier gebruik van een internetverbinding. Zowel zakelijk als privé kun je er niet omheen, want alles is straks smart: je hele huis staat vol met slimme apparatuur, je auto heeft internet, je horloge is een smartwatch en zelfs je koffiemok bevat geavanceerde technologie. Al die slimme devices moeten uiteraard ook aangestuurd en op elkaar afgestemd worden. Op dat gebied zijn nog stappen te zetten; er is bijvoorbeeld nog geen besturingssysteem dat er met kop en schouders bovenuit steekt. Uiteraard is het ook van belang dat al die apparaten goed beveiligd zijn, want ze verzamelen constant data die bij elkaar een compleet beeld kunnen geven van wie we zijn. Het IoT beperkt zich overigens zeker niet tot de consumentenmarkt. Juist voor bedrijven biedt deze ontwikkeling kansen om processen te automatiseren en zo veel geld te besparen.

Hackers en cyberterrorisme

Over cybercrime gesproken: waarschijnlijk staan de kranten en nieuwssites in 2016 weer vol met verhalen over grote hacks. Vorig jaar kwamen bedrijven als datingsite Ashley Madison en de filmstudio van Sony negatief in het nieuws nadat gevoelige informatie op straat was beland en overheden werden ook geregeld doelwit. Soms handelen hackers zuiver uit idealisme, bijvoorbeeld in het geval van Anonymous dat zich inspant om sympathisanten van terreurbeweging Islamitische Staat van social media te weren, maar even vaak lijken financieel gewin en het veroorzaken van zoveel mogelijk chaos en persoonlijk leed hun enige drijfveer te zijn. Andere aanhoudende bedreigingen voor nietsvermoedende internetters zijn ransomware, malware die een apparaat gijzelt en je pas na betaling weer toegang geeft, en verfijnde spearphishing-tactieken, waarbij een cybercrimineel vooraf privégegevens verzamelt van een zorgvuldig uitgekozen slachtoffer om daarmee een overtuigende phishingmail op te kunnen stellen.

Verdringen apps websites?

Bedrijven die in 2016 nog geen eigen app hebben, moeten zich toch wel achter de oren krabben. Google toont al een poosje apps in zoekresultaten, op steeds meer verschillende platforms, en mede daardoor zijn ze een waardevol instrument om je doelgroep te bereiken. Ook met een goed werkende mobiele site kunnen bedrijven indruk maken op hun potentiële klanten en ze aan zich binden, maar een aantrekkelijke app is misschien toch een betere keuze. Apps kunnen immers alles wat een site kan, alleen zijn ze doorgaans makkelijker te gebruiken en voelen ze intuïtiever aan. Slimme ontwikkelaars zorgen ervoor dat hun apps meer dan één functie hebben, waardoor ze een onmisbaar onderdeel van onze levensstijl worden en dus minder snel worden gewist om ruimte te maken voor een nieuwe app. Op die manier worden onze apps steeds meer een afspiegeling van wie we zijn. Reguliere websites zullen niet snel verdwijnen, maar de trend van desktop naar mobiel zet onverminderd door. In veel landen is er nu al meer mobiel internetverkeer dan desktopverkeer.

Nog steeds veel onzekerheden

De makers van de Back to the Future-films hadden het in sommige gevallen bij het juiste eind, want we kunnen nu inderdaad videobellen, vingerafdrukscanners zie je steeds vaker en er zijn ook al vliegende skateboards ontwikkeld. Maar toch zijn we over het algemeen niet zo goed in het voorspellen van de toekomst. Van veel ontwikkelingen die hier voorbijkomen, is de daadwerkelijke impact nog niet goed in te schatten, juist omdat het internet zo dynamisch is. Ook voor nieuwe technologieën als de zelfrijdende auto en de 3D-printer geldt dat het nog alle kanten op kan. Blijven het in de praktijk gimmicks die nooit op grote schaal worden gebruikt, zoals Google Glass? Of leidt het Internet of Things tot een compleet nieuwe wereld waarin alle apparaten met elkaar verbonden zijn en beter dan ooit functioneren, zonder negatieve bijeffecten? Het enige dat we zeker weten, is dat we het gewoon niet zeker weten.

Redactie WINMAG Pro
Door: Redactie WINMAG Pro
Redactie

Redactie WINMAG Pro

Redactie