Arval reageert snel op verande-ringen in de markt met behulp van low-code

Redactie WINMAG Pro
Er is een enorme krapte op de IT-arbeidsmarkt, maar dankzij de opkomst van low-code is het ontwikkelen van bedrijfsapplicaties een stuk laagdrempeliger geworden. Zowel grote als kleinere organisaties stappen dan ook over van het traditionele programmeren (high-code) naar low-code. Marktonderzoeker Gartner voorspelt zelfs dat tegen 2024 ongeveer 65 procent van de applicaties met low-code gemaakt wordt. Ook autoleasemaatschappij Arval heeft low-code omarmd.

Zeven jaar geleden heeft het bedrijf de switch gemaakt van het traditionele Java naar het low-code applicatie-ontwikkelplatform OutSystems. Vooral de total cost of ownership is lager geworden, doordat er minder tijd in het onderhoud van applicaties gaat zitten en wijzigingen veel sneller door-gevoerd worden. Martijn Habraken, Business Unit Manager OutSystems bij Transfer Solutions, gaat met Sandra van Erven, Functional and application architect bij Arval, in gesprek over de over-stap van high-code naar low-code.

Waar gebruiken jullie low-code voor?

“We hebben een interne en externe applicatie die zijn ontwikkeld met OutSystems. De externe applicatie wordt gebruikt voor de gebruikers van de auto’s en klanten in vijftien landen, de interne ap-plicatie wordt in vijftien landen gebruikt om onze bedrijfsprocessen te ondersteunen.

Dit betekent dat we één centrale database met verschillende applicaties hebben, waaronder onze core leasing applicatie, gebouwd met het platform van OutSystems. Het is hierbij belangrijk om naar de wensen van meerdere landen te luisteren.

Zo komt het wel eens voor dat land X behoefte heeft aan een bepaalde functie en dat de andere landen hier niet om vragen, maar de functie toch krijgen.”

Waarom hebben jullie gekozen voor low-code?

“Ik ben niet degene die toentertijd de beslissing heeft genomen, maar het Java-platform werd een beetje achterhaald. We wilden wijzigingen doorvoeren in de processen en we merkten dat dit niet goed werkte. Daarnaast was ons framework niet het meest optimale, nog een reden om verder te gaan kijken. Low-code is laagdrempeliger, het is minder complex.

Het is niet zo dat je geen mensen meer nodig hebt met technische kennis, maar het gaat om de manier van denken. Dat maakt het vak softwareontwikkeling aantrekkelijker, je bent namelijk meer visueel bezig en niet alleen maar code aan het typen. Dit helpt ook om vrouwen over de streep te trekken om in de softwareontwikkeling te gaan werken. Zo zie je bij ons in verhouding veel dames op de IT-afdeling. Zij zijn veelal omgeschoold, en hebben een achtergrond in bijvoorbeeld Bewegingswetenschappen of Bouwkunde. Een ander voordeel is het snelle resultaat. Het hele OutSystems platform ondersteunt alle werkzaamheden. In een paar klikken heb je een scherm gebouwd, en aanpassingen kun je meteen doorvoeren. Bovendien biedt het platform ook hulp. Je wordt er direct op gewezen als je een aanpassing doet die ergens anders voor problemen zorgt.”

En waarom de keuze voor dit platform?

“Door middel van een proof-of-concept hebben wij uiteindelijk voor OutSystems gekozen. Op deze manier konden we meteen zien wat het platform allemaal mogelijk maakt. We hebben een keuze

gemaakt op basis van: Hoe gaat de ontwikkeling? Hoe snel hebben we resultaat? Wat is het eindproduct? Waar lopen we tegenaan? Omdat we ook nog onze eigen database erachter hebben zit-ten, is het belangrijk dat het low-code platform hiermee kan communiceren.

Bovendien was er de uitdaging van de vijftien landen die we ondersteunen. Die transacties moeten ook allemaal goed geregeld zijn. OutSystems sluit heel erg aan op de flexibiliteit die we nodig heb-ben. Het is echt een compleet pakket.”

Spreken jullie dan ook van een concurrentievoordeel?

“Ik weet niet of je het echt een concurrentievoordeel kunt noemen. Het gaat er uiteindelijk om welke diensten je aanbiedt. Het helpt wel dat we alles zelf uitvoeren en zelf aansluiten. Hierdoor is het platform volledig aan onze business gekoppeld. Als je alles inkoopt, dan heb je dat wel minder. Bovendien gaat de terugkoppeling naar de klant sneller. Met high-code duurde het wat langer voordat je het scherm had ontwikkeld dat je aan de user kon laten zien. Nu heb je binnen een paar klikken een werkend scherm, dat vervolgens ook heel makkelijk en snel aan te passen is aan alle wensen van de klant.”

Hoe gaan jullie om met zaken als visibility en usability?

“In het OutSystems platform kun je precies zien welke schermen er wel en niet gebruikt worden en wat hun performance is. Als er klanten zijn die klagen over de snelheid van de applicatie, dan kun je dus heel gemakkelijk zien of het aan het softwareproduct ligt dat je gemaakt hebt. Zo ja, zijn het dan de queries die niet performen? Of is het toch de schermopbouw? Door verschillende vragen door te nemen, kun je erachter komen waar de fout zit.”

Ervaren jullie wel eens problemen met de integratie?

“Nee, want wij hebben ervoor gekozen om onze eigen database te behouden. Maar dit zou je ook door OutSystems kunnen laten doen, het platform is zo flexibel als je zelf wilt. Je moet er alleen voor zorgen dat je tech leads en technisch architecten in je team hebt om het overzicht te behouden. Je kan voor ieder scherm namelijk wel alles opnieuw maken, maar je kan delen ook herge-bruiken. En hier heb je nog steeds kennis en kunde voor nodig.”

Het begrip ‘citizen development’* is tegenwoordig vrij populair binnen de IT. In hoeverre gaat Arval met deze nieuwe vorm van applicatieontwikkeling mee?

* Het aanmoedigen van niet-IT-opgeleide werknemers om softwareontwikkelaars te worden met behulp van low-code

“Low-code is niet easy code. Er is nog steeds wel wat kennis van programmeren nodig, maar het leertraject is een stuk korter. Verder hebben wij best wel nauw contact met de business, zeker met de mensen die in Nederland werkzaam zijn. Als ze ergens tegenaan lopen, dan horen we het liefst hun probleem in plaats van de oplossing die ze er zelf al voor bedacht hebben.

Wij denken namelijk graag met hen mee over deze oplossing. Het team dat hier verantwoordelijk voor is, helpt door vragen te stellen als: Welke uitdagingen heb je? Welke vragen zijn er? Zijn dit terechte vragen? Wil de klant liever niet wat anders? Op die manier proberen we er constant achter te komen wat onze interne klant nou daadwerkelijk wil en hoe dit op zo’n manier aangepast kan worden dat het nog wat beter aansluit op het proces.

Er komen zoveel verzoeken binnen, zoals automatiseringen vanuit het salesteam en integraties vanuit maintenance, dus er wordt wel echt gekeken naar welke oplossingen de meeste waarde opleveren en welke vragen terecht zijn. Dit levert ook weer erg veel data op, dus je moet ervoor wa-ken dat alle data relevant blijft.”

Er wordt ook vaak gezegd dat low-code een andere cultuur is. Hebben jullie dat ook zo erva-ren?

“Ik betwijfel of we er echt heel anders door zijn gaan werken. Ja, er zijn wel net wat andere types bij ons gaan werken. Voordat we met het OutSystems platform werkten, hadden we bijvoorbeeld aanzienlijk minder vrouwelijke IT’ers in dienst. Low-code maakt het voor vrouwen ook aantrekkelijk om in de IT te gaan werken. Hierdoor is er echt een leuke mix tussen de echte techneuten en de

low-code developers, die de focus hebben op de business en waarde toevoegen. Hierdoor versterk je elkaar heel erg.”

Tot slot zou ik nog graag samen vooruitblikken. Welke ideeën gaat Arval nog realiseren met low-code?

“De mobiliteitsmarkt is in beweging. Er zullen constant nieuwe verzoeken komen om mobiliteit te kunnen beheren. Daar gaan we op voortborduren. Met alle data die we binnenkrijgen, kunnen we weer nieuwe analyses maken. Daarnaast zijn we bezig met het samenvoegen van alle data uit alle landen. In welke landen worden er de meeste schades gereden? Wat voor schades zijn dit? En hoe kunnen we bestuurders zo informeren dat ze andere keuzes maken op de weg of beter opletten?

Met onze data kunnen we bijvoorbeeld ook het concept one-stop-shop vormgeven, door onderhoudsbeurten met bandenwissels te combineren. We hebben dus voldoende data tot onze be-schikking om met mooie ideeën voor de toekomst te komen.”

Redactie WINMAG Pro
Door: Redactie WINMAG Pro
Redactie

Redactie WINMAG Pro

Redactie